Rekening-courant recapitulatie

Veel ondernemers maken gebruik van de mogelijkheid om geld te lenen van hun eigen BV. Vaak gebeurt dit via een rekening-courantlening. Op deze wijze kan geld van de BV gebruikt worden voor privédoeleinden, zonder dat er acuut belasting betaald dient te worden. Daar het een lening betreft, moet deze natuurlijk wel worden terugbetaald aan de BV. Maar hoe regel je dat nou ook alweer zonder dat de fiscus er moeite mee heeft?

De belastingdienst is de laatste jaren steeds strenger bij de beoordeling van dergelijke rekening-courantleningen door een DGA bij zijn eigen BV. Zij stelt, en krijgt daarin stelselmatig gelijk van de rechterlijke macht, dat rekening-courantverhoudingen, voor zover die onzakelijk zijn, gezien moeten worden als dividenduitkeringen door de BV aan de DGA, met de corresponderende belastingheffing tot gevolg.

Waar kijkt de fiscus ook alweer naar?

Bij de beoordeling van de zakelijkheid van een rekening-courantlening tussen een DGA en zijn BV hanteert de belastingdienst de volgende eisen:

  • er moet een schriftelijke leningsovereenkomst zijn;
  • er moet een aflossingsschema zijn;
  • er moet voldoende zekerheid zijn verstrekt door de DGA aan de BV;
  • er moet een zakelijke rente zijn overeengekomen;
  • er moet voldoende liquiditeit overblijven in de BV; en
  • de BV zou deze lening onder dezelfde voorwaarden ook aan een onafhankelijke derde verstrekken.

Als niet aan deze voorwaarden wordt voldaan bestaat de kans dat de belastingdienst bij controle een correctie aanbrengt, waarbij de verstrekte lening, voor zover onzakelijk geacht, wordt gezien als een belastbare dividenduitkering.

Uit verschillende procedures, zoals de uitspraak van de Rechtbank Gelderland afgelopen maand, blijkt dat vooral aan de laatste voorwaarde ruim getoetst moet worden. Als de DGA bijvoorbeeld geen vermogen of inkomen heeft om de lening terug te betalen, wordt het verstrekken van deze lening veelal als onzakelijk bestempeld. Ook een rekening-courant die jaar na jaar oploopt zonder dat er wordt afgelost, kan door de belastingdienst gecorrigeerd worden. In een dergelijke situatie wordt de verstrekte lening aangemerkt als een dividenduitkering, die belast is tegen 25% inkomstenbelasting (box 2).

Om dergelijke correcties met de bijbehorende inkomstenbelasting te voorkomen, is het raadzaam de rekening-courantlening niet onbeperkt te laten oplopen en regelmatig te controleren of de leningsvoorwaarden nog aan de zakelijkheidscriteria voldoen.

Mocht je hierover vragen hebben, neem dan contact op met mij of een van mijn collega’s.
Wij kunnen de huidige situatie beoordelen en indien nodig een rekening-courantovereenkomst voor je opstellen die aan de eisen van de belastingdienst voldoet.

Wil jij als eerste op de hoogte zijn, schrijf je dan hieronder in voor onze nieuwsbrief!